Willen wat je kunt

Tien jaar geleden kreeg ik een auto-ongeluk, waardoor mijn leven in één klap tot stilstand kwam. Een appende automobilist had het zo druk met haar communicatie, dat ze pardoes vergat dat ze aan het autorijden was en in volle vaart een rood stoplicht naderde. Waar ik braaf voor stond te wachten in mijn autootje.
Ik liep een heftige whiplash op en zat ineens thuis.

Er volgde een tijd waarin alle vanzelfsprekendheden waren verdwenen. De dagelijkse gang naar mijn leuke en afwisselende werk, de contacten met mijn collega’s, de uitjes, de feestjes, de gezelligheid, de vakanties.
Ik zat verbijsterd thuis op de bank, kon ineens niks meer en vroeg me af waar mijn leven was gebleven.

Het herstel schoot niet op, hoe graag ik ook wilde, dus ik ging een multidisciplinair revalidatietraject in waar lichaam en geest werden aangepakt. Fysiek was er van alles aan de hand, maar ook mijn hoofd werkte niet meer goed.
‘Ik houd van afwisseling,’ zei ik altijd met een glimlach als mensen zich afvroegen waarom ik twee parttime banen had plus een eigen bedrijf voor teksten en boeken plus nog een paar maatschappelijke functies. Nu raakte ik al in de war als ik koffie moest maken en tegelijk met mijn bezoek moest praten. Waar was de ik gebleven waar ik gelukkig mee was?
Ik herkende mezelf niet meer.

De revalidatiearts sprak wijze woorden die ik toen niet op waarde wist te schatten maar die me altijd zijn bijgebleven.
Ik wilde terug naar hoe het was, ik vocht tegen de belachelijke beperkingen die ik ineens had en die niet bij mij pasten.
‘Je moet willen wat je kunt,’ zei hij. Hij schreef het voor me op een briefje, zodat ik het niet zou vergeten.
Ik kon er niks mee. Hoezo, willen wat je kunt. Ik wilde van alles en dat zou ik weer gaan kunnen. Op wilskracht en motivatie.

Een half jaar later werd duidelijk dat ik hersenletsel had overgehouden aan de klap. Ik zou nooit meer op mijn oude niveau kunnen presteren en functioneren. Ik kon nooit meer terug naar mijn leuke werk. Na de Ziektewet kwam de WIA, na de WIA kwam de IVA. En tussendoor een letselschadetraject dat drie jaar duurde.

Het was een tijdje alsof mijn leven voorbij was. Ik voelde me een loser, een tekortschietende partner en moeder, een lastpost voor mijn omgeving, een spelbreker. Ik had medelijden met mezelf, ik huilde de tranen uit mijn hoofd. Het zou nooit meer wat worden met mij en mijn leven.
Toch was dat niet zo.

In een gericht behandeltraject leerde ik beter om te gaan met het niet-aangeboren hersenletsel. Ik rouwde om wat weg was en niet meer terug zou komen, maar ik leerde ook doseren, plannen, realistisch kijken naar mijn beperkingen, zoeken naar nieuwe vormen, zoeken naar mogelijkheden, hoe kon ik iets wat ik belangrijk vond toch voor elkaar krijgen.
Ik kreeg steeds meer grip op mijn nieuwe leven en kreeg er zelfs weer wat lol in. Als ik op mijn elektrische fiets een tocht maakte naar zee, lachte het leven me weer toe. Ik had een nieuwe vorm gevonden, zo kon het allemaal ook. Ook zo kon ik gelukkig zijn. Perception is immers reality.
Mijn oude leven werd een mooie herinnering.

Er zijn mensen die zeggen dat je nooit zomaar iets meemaakt, dat alles een reden heeft. Ik zie dat als een mooie mindfuck om zinloze narigheid een positieve spin te geven. Ja, je wordt er wijzer van en je leert een hoop bij, maar ik had graag via een andere route nog van alles bijgeleerd, ik had liever nog lekker kunnen doorwerken. En bovendien probeerde ik altijd al een goed mens te zijn voordat een appende automobilist op mijn pad kwam.
Je zou ook kunnen zeggen dat alles de schuld is van de uitvinders van de mobiele telefoon.

De ‘alles heeft een reden’-roepers zijn vaak mensen die zelf (nog) niks hebben. Ik vraag ze wel eens wat dan de zin is van tsunami’s, natuurrampen en vreselijke oorlogen. Moesten de slachtoffers van natuurgeweld ook iets leren, en ook de tienduizenden ontheemden en gewonden in Oekraïne, inclusief de kinderen? Dan wordt het meestal stil.

Maar ik moet zeggen: toen ik twee jaar geleden als bonus long covid kreeg, met een onverwachte set nieuwe problemen, wist ik al wel hoe ik moest omgaan met beperkingen. De lessen van de ergotherapeut rond doseren, grenzen, plannen, rustpauzes en hersteltijd zaten al in mijn systeem.
Dat elk nadeel z’n voordeel heeft, klopt dus wel. Zonder het ongeluk van tien jaar geleden had ik me niet zo goed kunnen aanpassen aan nieuwe beperkingen.

Natuurlijk hoop ik dat het ooit nog beter wordt, dat de dagelijkse koorts verdwijnt, dat mijn benen weer zonder problemen kunnen fietsen en wandelen. Maar tegelijk gun ik mezelf nu de rust die ik nodig heb en ik kan genieten van wat wel mogelijk is.
Ik geniet zelfs van kleine succesmomenten die ik zelf creëer, zoals het zonder problemen lopen van 75 meter van de auto naar een restaurant. Dan is het toch heel even alsof ik alles kan.

Willen wat je kunt, ik heb het nu begrepen, Jan Erik. Dank je wel.

RIP Jan Erik Tückermann (1946-2018)

13 gedachten over “Willen wat je kunt”

  1. Dank Christine, voor je positiviteit en voor je duidelijke, vlot geschreven verhaal. Het is alsof je naast me op de bank zit te vertellen!

    Beantwoorden
  2. Prachtig stuk, en voor mij heel herkenbaar omdat ik ook hersenletsel heb. Overigens ben ik ook zo’n ’alles heeft een reden’ roeper, om de simpele reden dat alles ook een reden heeft.

    Hoop snel weer iets van je te mogen lezen!

    Beantwoorden
  3. En zo is het Christine. Bovendien kun jij nog steeds blogs schrijven die klinken als een klok. Buiten jouw vermogen om je aan te passen aan de omstandigheden. Daarin heb je toch wel een voorsprong die bij de meeste mensen de 750.000 mm overschrijdt.

    Beantwoorden
  4. Hoi Christien,
    groot respect voor je veerkracht en doorzettingsvermogen om in je kracht te blijven en zin te vinden. Je doet het geweldig binnen de verschrikkelijke grenzen van je mogelijkheden. Dit blog is daar een treffend voorbeeld van! Chapeau!!!
    Luis Kaserer

    Beantwoorden
  5. Lieve tante,
    Wat schrijf je het toch weer mooi op. Ik herken zoveel van wat je zegt, met mijn CVS loop/liep ik tegen veel dezelfde dingen aan. Ik ben ook al jaren bezig met het leren willen wat ik kan, en inmiddels gaat me dat heel natuurlijk af. Ik vind het zo leuk om te zien hoeveel wij ook op elkaar lijken tijdens dit soort trajecten; drijven op grote wilskracht en motivatie, en het uiteindelijk gewoon kunnen door positief te blijven kijken.

    We rock!

    Liefs,
    Heleen

    Beantwoorden

Plaats een reactie

Christine Kliphuis